Japan 2010
Op 3 april 2010 vertrok 4Aviation voor de tweede keer met een groep van 11 personen richting Japan. Het oorspronkelijke plan was om tot en met 18 april in het land te blijven om de vele interessante vliegvelden te bezoeken en daar prachtige foto’s te maken. De aswolk boven Europa resulteerde echter in een iets langer verblijf in het land van de rijzende zon.
Op 3 april 2010 vertrok 4Aviation voor de tweede keer met een groep van 11 personen richting Japan. Het oorspronkelijke plan was om tot en met 18 april in het land te blijven om de vele interessante vliegvelden te bezoeken en daar prachtige foto’s te maken. De aswolk boven Europa resulteerde echter in een iets langer verblijf in het land van de rijzende zon.
Nadat iedereen zich op Schiphol verzameld had werd het eerste deel van de reis afgelegd met een Boeing 747 van de KLM die ons naar Tokyo-Narita vloog. Na aankomst, op zondag 4 april, voegde de laatste deelnemer zich bij de groep en werden de huurauto’s richting het noorden gedirigeerd. De eerste overnachting was in Hachinohe, waar de auto’s laat op de avond voor het hotel geparkeerd werden.
De verwachtingen voor maandag, de eerste operationele dag, waren hooggespannen. Na een vlotte en vroege start arriveerden de groep al redelijk op tijd bij Misawa. Helaas bleek de wind vanuit het oosten te komen, waardoor de baan in gebruik was die net iets mindere foto’s oplevert dan wanneer de wind uit het westen blaast. Desalniettemin werd de hele dag genoten van de kisten die Misawa te bieden heeft. In eerste instantie leken de Amerikanen niet erg actief te worden, maar besloten later toch ook niet minder dan 20 F-16’s te launchen. Voldoende reden in ieder geval om bijna de hele dag op Misawa te blijven. Behalve de locale toestellen, de Hawkeye liet zich helaas niet zien, werden ook de interessante bezoekers vastgelegd; een KC-135 van Kadena en een YS-11 van Iruma. Net als vorig jaar zag de locale trapjeswinkel zijn omzet in een keer behoorlijk stijgen; iedereen kocht hier zijn trapje als hulpmiddel bij het fotograferen gedurende de rest van de reis. Na een hele korte stop Hachinohe ging de reis verder richting Furukawa, waar het hotel van die avond stond.
Dinsdag 6 april 2010 gingen we op zoek naar Matsushima. De ochtendmist trok gelukkig snel op, waarna de F-2’s en T-4’s van het vliegveld al snel opdoemden. Er werd, zoals bijna overal in Japan, stevig gevlogen en met het wisselen van de baan kregen we de gelegenheid de vliegtuigen op de verschillende plaatsen rond het vliegveld fraai te fotograferen. Een showtje van de Blue Impulse topte het geheel af en aan het einde van de dag togen we dan ook wederom met een voldaan gevoel richting de volgende bestemming.
Op 7 april, de eerste woensdag van de trip, stond iedereen nog vroeger naast zijn bedje. Omdat Hyakuri het doel voor de dag was, en we om 07.30 uur afgesproken hadden voor toegang tot het ‘Ku No Ji’ punt op het veld, moesten we die ochtend niet al teveel tijd verdoen. Ons Japanse contact stond keurig op tijd te wachten bij de ingang tot het terrein (een klein deel van de basis is nog in bezit van een particulier, die tegen betaling de poort opent, waardoor je op een plaats terechtkomt die zijn weerga niet kent). Bij het betreden van het terrein bleek ook dat de schitterend gekleurde RF-4E’s van 501 Hikotai nog steeds volop actief waren. Ondanks de ietwat teleurstellende weersomstandigheden werd er volop gevlogen en gefotografeerd. Net na het middaguur begon het iets harder te regenen, waardoor de groep besloot het veld op dat moment te laten voor wat het was en te focussen op een revange later tijdens de reis.
Op donderdag 8 april was het weer al een stuk beter toen de groep op Iruma arriveerde. Dit Japanse vliegveld biedt heel veel verschillende types (T-4’s, VIP-kisten, transportkisten, helikopters, etc.) en, zoals wel vaker, fraaie fotografeermogelijkheden. Na een paar uur nuttig gebruik maken van de gekochte trapjes ging de reis verder richting Atsugi. Ook hier aan verschillende types geen gebrek! Het vliegveld huisvest diverse Navy-eenheden van zowel de Japanse als de Amerikaanse marine. De Carrier Air Wing was aanwezig en stuurde een aantal kisten de lucht in op deze donderdagmiddag. Aan het einde van de dag werd koers gezet richting Fujieda.
Op vrijdag 9 april begonnen we dag met een opwarmertje; Shizuhama. De T-7’s van de trainingseenheid waren ook al vroeg uit de veren en na het fotograferen van een aantal toestellen vonden we het welletjes en richting we de aandacht op het volgende doel van deze dag; Gifu. Na een voorspoedige rit richting dit Japanse luchtmacht testveld werden we daar verwelkomd door het Flying testbed van de C-1. Deze eerste C-1 met een enorm lange pitotbuis steeg op net voordat we arriveerden. Het toestel kon later in de landing gefotografeerd worden. Andere lekkernijen op deze vrijdagmiddag waren het prototype van de F-2B, een T-4 met een verlengde pitotbuis en het prototype van de P-1, die samen met een Orion een aantal keer voorbij kwam. Aan het einde van de dag werd feitelijk al begonnen aan de lange rit richting Kanoya door de overnachting in Aioi te plannen.
De zaterdag was bestempeld als reisdag. Het oorspronkelijk reisschema voorzag in een kort bezoekje aan Kanoya op zondagmiddag. Toen bleek dat er op dit betreffende zondag een open dag zou zijn op Kanoya is het schema enigszins aangepast zodat we op tijd aanwezig zouden zijn voor de open dag. Dat betekende wel dat de zaterdag een tikkeltje eentonig zou worden; autorijden. Ondanks de afstand die afgelegd moest worden hebben we het Hiroshima Peace Memorial Park in Hiroshima nog bezocht. Na een probleemloze reis boekten we vroeg in de avond in bij het hotel in Miyakonojo.
Op zondag 11 april stond deed de wekker wederom aardig vroeg zijn werk. Na wat ochtendgymnastiek (boodschappen bij de 7-11) togen we richting Kanoya. Daar arriveerden we mooi op tijd en de open dag bleek een schot in de roos. Een hele fraai collectie vliegtuigen en helikopters, types waar we nog om verlegen zaten, vulde de static. De vliegshow werd gedomineerd door een show met 4 Orions die een show gaven alsof ze uitgerust waren met wendbare fighters. Aan het einde van deze zonnige dag vertrokken alle toestellen van de open dag weer. Door tot het einde te blijven hebben we alle bezoekers zeer fraai vast kunnen leggen; inclusief de felbegeerde US-1. De twee auto’s, met 11 verbrande en smilende koppen, legden het laatste stukje van de dag richting Miyazaki snel af.
De hele week al bleek dat de weersverwachtingen, die we raadpleegden, bijna altijd klopten. Dat betekende ook dat we het vooruitzicht hadden dat het maandag 12 april veel, heel veel, zou regenen. En, inderdaad, de maandag die gepland was voor Nyutabaru begon met regen, veel regen. Een korte blik op het platform van het veld bevestigde wat we al vermoedden; geen activiteiten. Daarop werd besloten het inmiddels uitgewerkte back-up plan ten uitvoer te brengen. Dit hield in; de volgende dag terug naar Nyutabaru, en vervolgens Ashiya en Iwakuni skippen om daarna de geplande route op te pikken.
Deze wijziging bleek op dinsdag 13 april wat betreft Nyutabaru een schot in de roos. Er werd de hele dag heel goed gevlogen. Zowel de Phantoms van 301 Hikotai, de Eagles van het Hiko Kyodotai en 23 Hikotai als de toestellen van het Koku Kyunandan, waren de hele dag in de weer. We zijn dan ook tot laat in de middag gebleven om te genieten van de fotografeermogelijkheden en de zon die weer was gaan schijnen. Doordat we lang ‘moesten’ blijven op Nyutabaru, waren we ook pas laat in het hotel in Fukuoka. En dat terwijl we de volgende ochtend nog een stukje te rijden hadden tot aan Tsuiki.
Ook op woensdag 14 april stonden we dus weer vroeg gepakt en gezakt klaar. Op Tsuiki troffen we prachtig weer aan. Daardoor konden de F-2’s, F-15’s en T-4’s prachtig gefotografeerd worden vanaf de kademuur. Na een paar uur vonden we het hier welletjes, ook omdat we nog een aardig eind moesten rijden. Het volgende doel voor deze dag was Ozuki. Vijf T-5’s van de Navy waren aan hun circuitjes bezig toen we hier arriveerden. Nadat deze gefotografeerd waren gingen we weer verder. Het derde en laatste doel wat Hofu en haar T-7’s. Daar aangekomen was het iets te rustig. Het platform stond goed vol, maar er waren maar twee T-7’s actief. De rest van de dag werd in de auto doorgebracht, op weg naar Akeno. Tijdens de rit richting Akeno werd een volgende wijziging in het schema uitgedacht. Aangezien de weersverwachtingen rond Tokyo voor de vrijdag erg slecht waren, werd besloten zowel donderdag als vrijdag in de buurt van Nagoya door te brengen. Hierdoor was er meer tijd voor de geplande velden en kon Komaki toegevoegd worden, evenals een tweede poging op Gifu. Nadeel was wel dat de herkansing van Hyakuri uit het plan geschrapt werd.
Op 15 april, de donderdag, stonden we aardig vlot bij het hek van Akeno. Het weer liet enigszins te wensen over, maar er werd toch aardig gevlogen. Om de een of andere reden bleken niet veel choppers ‘voor langs’ te willen vliegen, waardoor een deel van de groep een andere positie koos voor de beste plaatjes. Na een paar uur chopper-klikken verplaatsen we ons richting Gifu. Ook op deze dag bleek weer dat het ADTW zich eigenlijk gewoon als een normale eenheid gedraagt; veel vliegen! Erg fraai was dat de twee F-2 single prototypes samen de lucht ingingen. Leuk was ook dat deze keer een T-7 van de testeenheid mooi voorbij kwam tijdens de landing. Aan het einde van de dag hoefden we maar een kort ritje te maken omdat we besloten hadden in Gifu te overnachten. Inmiddels kwamen er steeds meer berichten binnen over de aswolk boven Europa.
Op vrijdag 16 april reden we ’s morgens richting Nagoya-Komaki. Bij de nieuwe shopping-mall (voorheen de internationale terminal van de luchthaven) hebben we een paar uur vertoefd. Helaas ontbrak de zon, maar desondanks vielen de F-2, de U-125 en een aantal choppers redelijk te fotograferen. Aan de andere kant van het veld werden de KC-767’s nog gefotografeerd, voordat we richting Hamamatsu reden. Op dit trainingsveldje bleek op deze vrijdagmiddag helaas niet zo heel veel meer te doen te zijn. Na een paar missies van de gestationeerde T-4’en werden de toestellen binnen gezet en brachten we een bezoek aan het fraaie museum op dit vliegveld. Aan het einde van de middag reden we weer richting Tokyo. Op weg daar naartoe bleek het weer inderdaad erg slecht te zijn, wat bevestigde dat het in Nagoya blijven de juiste keuze was. Het hotel lag vlak bij Atsugi zodat de mensen die zaterdag niet op pad gingen om Tokyo te verkennen, hun geluk nog een keer op deze marinebasis kon beproeven. ’s Avonds bleek dat het luchtruim boven Europa inderdaad gesloten was en dat er niet echt veel zicht was op heropening op korte termijn.
Op zaterdag (17 april) ging een deel van de groep per trein het centrum van Tokyo in en de rest bezocht Atsugi. Aan het einde van de dag checkte iedereen in bij het hotel in de buurt van Narita. Na een relaxte start van de zondag togen we met z’n allen op tijd naar de incheckbalie van de KLM, wetende dat we niet zouden vertrekken die dag. De informatie ter plekke was echter bijzonder verontrustend… men kon ons overboeken naar een vlucht van 30 april… het was 18 april! Toen bleek ook dat de medewerkers de strikte instructie hadden vanuit Europa om niets te vergoeden of aan te bieden. Feitelijk hebben ze niets, maar dan ook helemaal niets gedaan om de situatie te verlichten. Pas na 1,5 uur soebatten en bakkeleien kwam er, met zichtbare tegenzin, een optie via Osaka op de proppen, dan konden we ineens op 22 april naar huis. Dus, die optie maar genomen en de groep om laten boeken. De EU-regelgeving hadden we tijdig geraadpleegd en wisten dan ook dat KLM een hotelovernachting, eten en hulp aan moest bieden. Helaas… de KLM bleek daar anders over te denken en deed niets! Daarop hebben we besloten dat 4Aviation de overnachting voorlopig voor haar rekening nam. We hadden, met het oog op de problemen al een hotel geboekt voor deze zondagavond en tegen 4 uur vertrokken we daar naartoe. De frustratie werd aan de kant gezet, de opties gewogen, en een besluit genomen; we storten wat geld in een potje, huren de auto’s terug en gaan er het beste van maken (op velden in de buurt van Tokyo). Zo gezegd, zo gedaan. Het autoverhuurbedrijf zat op loopafstand van het hotel en in de auto’s bleken zelfs de trapjes nog te liggen die we er aan het einde van de huurtermijn in hadden laten liggen. De auto’s waren dus volledig operationeel inzetbaar!
De eerste dag van de verlenging (maandag 19 april) reden we eerst richting Shimofusa. Bij dit marineveld bleek echter niet heel veel te gebeuren. Na een uurtje wachten besloten we de auto’s weer richting het zuiden te sturen, op weg naar Tateyama. Dit helikoperveld van de marine was wel actief en met een fraai zonnetje erbij werd hier urenlang naar hartenlust gefotografeerd. Een leuk begin van de verlenging.
Voor dinsdag 20 april stonden Atsugi en Iruma op het programma. Op Atsugi was het, geheel conform de verwachtingen, bewolkt. Er was veel activiteit op het veld, maar vooral ook in de lucht. De variëteit was weer erg goed te noemen. Iedereen was het erover eens dat het beter was om op Atsugi te blijven dan door te rijden naar Iruma. Na nog een paar uur op Atsugi begon het wat te regenen en besloten we dat het genoeg was en reden weer naar het hotel bij Narita.
Op woensdag 21 april moest de herkansing op Hyakuri de tour definitief perfect afsluiten. De weersverwachting was erg goed en we stonden wederom vroeg bij het hek van het vliegveld. Op goed geluk belden we het telefoonnummer op het bord en, warempel, het vrouwtje met de sleutel kwam aangereden. Na betaling ging het slot open en enkele minuten later stonden we in de stralende zon op de torentjes vlak bij/boven het platform en de rolbanen. Een prachtig en waardig afscheid van de tour. Er werd weer erg goed gevlogen door de Phantoms en een bezoekende E-767 topte het geheel af! Tegen 13.00 uur moesten we de plek helaas verlaten omdat we op tijd op Narita moesten zijn voor onze vlucht naar Osaka. Het bedje voor die nacht stond in een hotel in Osaka.
De laatste keer dat de wekker luidde in Japan was wederom erg vroeg. We moesten nog met de metro en trein richting Osaka en dan rond 08.00 uur proberen in te checken. Ondanks dat de rij heel erg lang was, iedereen die naar huis wilde maar de standby optie koos stond ook in de rij, lukte het om tijdig in te checken en uiteindelijk naar Amsterdam terug te vliegen die dag.