Griekenland 2011
In november 2011 reisde 4Aviation voor de vierde keer naar Griekenland vanwege de luchtmacht open dagen, elk jaar georganiseerd over een periode van vier dagen ter ere van hun beschermheilige. We zouden niet worden teleurgesteld.
De eerste hindernis was het vroege tijdstip van vertrek vanaf Schiphol, op vrijdag 4 november, voor de meesten van de 16 man sterke groep. Maar iedereen was om vijf uur in de morgen mooi op tijd bij het ontmoetingspunt en de groep vertrok (sommigen nog slaperig) naar Griekenland. Eenmaal aangekomen in Athene bleek tot ieders opluchting de bagage netjes meegekomen te zijn. Nadat de twee blauwe VW busjes (ons vervoer voor de komende dagen) en de drie nog missende leden van de groep die op eigen gelegenheid waren gekomen waren opgepikt, konden we vertrekken voor een flink stuk rijden richting Volos waar we onze eerste nacht zouden gaan doorbrengen. Maar niet voordat we even waren gestopt in een voorstad van Athene voor een leuke F-104, en we onze eerste indrukken van het Griekse verkeer hadden opgedaan. Het laatste wapenfeit van de dag was het avondeten, we vonden zowaar een niet al te onaardig restaurant met een slimme zakenman als chef die de lange eettafel vol zette met heerlijke gerechten en daarvoor in de plaats een flinke stapel euro biljetten van ons retour kreeg (maar naar onze begrippen nog steeds een goede deal!).
De volgende ochtend, een zaterdag (5 november), was het weer vroeg opstaan omdat we nog een uurtje moesten rijden en we aan de poort van de eerste vliegbasis, Larissa, wilden staan als die om negen uur open ging. Echter het weer leek in eerste instantie tegen te gaan vallen, droog maar grijs zonder enige spoor van zon, vandaar dat er besloten werd om eerst een paar wrecks & relics te “doen” in de buurt van Larissa. Eenmaal aan de poort was het een kwestie van tien minuten wachten totdat base security genoeg overtuigd was van onze goede bedoelingen en we een escorte kregen naar het platform waar een kleine static was opgezet. Zoals we al hadden verwacht waren er slechts een handjevol vliegtuigen opgesteld, maar dat is gewoon hoe deze open dagen zijn opgezet: klein en met weinig poespas. Het voordeel is: er is bijna niemand, behalve jezelf en een ongeveer even groot aantal militair personeel, en misschien nog een paar geïnteresseerden lokale burgers. Het draait om de kwaliteit, niet om kwantiteit. Helaas was het weer nog steeds niet om over naar huis te schrijven, zonder vooruitzicht op snelle verbetering. Ter compensatie werd even gevraagd of de vliegtuigen in het “memorial park” ook gefotografeerd mochten worden, en dat werd toegestaan. Traditioneel mochten de paar toestellen aan de poort niet worden gefotografeerd.
Eenmaal terug in de auto’s en weer zuidwaarts verdwenen de grijze wolken en van het vooruitzicht van een zonnig Nea Anghialos werd iedereen een gelukkig mens. Een ritje langs het hek van het landmacht veld Stefanovikion leverde geen foto’s ondanks dat we het wel even beleefd aan de poort gevraagd hebben. We hadden ook niet anders verwacht. Meer mazzel op het F-16 veld Nea Anghialos waar de lokale autoriteiten dit jaar een ontspannen indruk achter lieten. Nadat we op de static klaar waren mochten zelfs de twee groepjes met oude vliegtuigen die aan de weg terug richting de poort stonden worden gefotografeerd. Na Nea was (wederom) een F-5, deze keer in de stad Lamia, bedoeld als het laatste wapenfeit van deze dag, maar met nog een klein uurtje daglicht tegoed en twee auto’s vol met enthousiaste spotters werd besloten om nog even een F-104 “ergens in de heuvels hier in de buurt” te gaan zoeken. Die heuvel bleek een heuse berg te zijn, met een smal weggetje dat met veel bochtenwerk naar boven kroop. En inderdaad: er stond een goed uitziende F-104 hier, iedereen zich af vragend hoe de Grieken die daar in hemelsnaam gekregen hebben. Het bergweggetje was een flinke aanslag op ieders blaas geweest, vandaar dat de bergtop al snel een nieuwe naam kreeg: “Urinal Hill”… Voordat het echt donker was waren we weer beneden aan de berg, en zonder verdere tussenstops zijn we naar ons volgende hotel gereden. Hier aangekomen kregen we een amusante demonstratie van de oorsprong van het woord “chaos” voorgeschoteld (je raad het al: Grieks) toen de eigenaresse van het hotel, die trouwens geen woord Engels sprak, besloot dat ze haar eigen systeem had om de kamersleutels uit te delen.
Iedereen had hoge verwachtingen van Tanagra op zondag 6 november, dat aangekondigd was als een meer “echte” vliegshow. We zouden niet worden teleurgesteld, integendeel. Toen eenmaal onze paspoorten waren gecontroleerd bij de ingang kregen we een heuse motor escorte voorop…en werden we prompt de verkeerde richting op geëscorteerd. Hoewel…als ik zeg “verkeerd” bedoel ik eigenlijk “in de tegenovergestelde richting van waar alle andere bezoekers heen werden gestuurd”. In ons geval betekende het dat we langs alle vliegtuigen in opslag, door een paar shelter area’s en langs de flightline werden geleid, om uiteindelijk in de VIP area naast een shelter terecht te komen waren we enthousiast werden onthaald door een hoge militair. We waren gearriveerd, in stijl! De static show was uitgebreid en divers maar ook voor het merendeels lastig te fotograferen, omdat er geen afzettingen waren tussen de vliegtuigen en de toeschouwers, die trouwens in grote getalen op waren komen dagen. Tegen elf uur was het merendeel van onze groep terug in de VIP area voor de vliegshow. Die duurde twee uur, was behoorlijk afwisselend en indrukwekkend, en concentreerde zich op de VIP area, dus wij stonden op precies de juiste plek voor de mooiste plaatjes. De Griekse landmacht had twee AH-64’s gestuurd die een soort van “mini Grasshoppers” routine deden, terwijl de marine pronkte met een van hun S-70 Aegean Hawks. Twee CL-415 blusvliegtuigen, op zich al een imposant gezicht, zorgden onbedoeld voor een komische noot toen hun beider ladingen water niet in staat bleken om het kleine vuurtje op de grond uit te krijgen, er moest een brandweerwagen van de basis bij aan te pas komen om de beschamende vertoning te blussen. Hoogtepunt van de vliegshow was toch wel de formatie van verschillende types die een paar keer voorbij kwam, op redelijk lage hoogte en “breaking” op de juiste plek en moment (recht voor de VIP area, uiteraard!). Nadat het vliegprogramma ten einde was gekomen, en na nog wat tijd te hebben doorgebracht op de static, was het tijd om te vertrekken. We moesten toch helemaal naar Kalamata rijden die avond, en er werd besloten om vroeger dan gepland die kant op te gaan zodat we ook nog even een blik konden werpen op het landmacht vliegveld Megara, en het gesloten vliegveld bij Tripolis. Tripolis werd nog net gehaald bij het laatste daglicht, net genoeg om alle museumstukken van buiten de basis af te zien. Daarna was het nog een tweetal uren rijden. Met nog 50 kilometer te gaan hield de snelweg op en ging de snelheid waarmee we ons voort konden bewegen over de bochtige secundaire wegen dramatisch omlaag. Avondeten in het hotel was goed te noemen, het slapen daarna was prima.
Nog een hoogtepunt voor velen zou Kalamata op maandag (7 november) worden, waar T-2 Buckeyes nog steeds hun rondjes vliegen. Bij aankomst werden we begroet door T-2’s en T-6’en in de lucht, dus dat zag er al veelbelovend uit! Terwijl aan de poort, ondertussen een vertrouwd procedure, de paspoorten gecontroleerd werden, viel het ons op dat we niet de enige bezoekers waren. Letterlijk hele busladingen vol met schooljeugd werden de poort binnen gereden, en doembeelden van honderden kinderen voor, onder en op de vliegtuigen stemden niemand echt blij. Gelukkig, nadat wij ons “probleem” aan de wacht duidelijk hadden gemaakt, werden we snel toegelaten en moesten de hordes jeugd braaf wachten totdat wij klaar waren op de static. Dat noem ik nog eens service! Niet lang daarna zaten we weer in onze auto’s, richting het noorden. Nog twee vliegvelden stonden voor vandaag op ons lijstje, Andravida en Araxos. Op eerstgenoemde was het even wachten geblazen nadat we de poort al door waren, want we werden met een grote bus naar het platform gebracht. Op Araxos later die middag deden ze het iets anders: “hier parkeren, die kant op lopen, en veel plezier”. Tevreden met de opbrengst van de dag vertrokken we naar ons volgende hotel. Deze lag een beetje buiten onze route, in eerste instantie zouden we ook naar het opslag veld Agrinion gaan maar dit bezoek was helaas (en tot grote teleurstelling van iedereen) door de autoriteiten op het laatste moment geannuleerd, echter het hotel halverwege erheen was al geboekt. Hoe dan ook, we reden niet helemaal voor nop de verkeerde kant op want er zouden een paar oude vliegtuigen vlak bij het hotel moeten staan. Nou…niet dus, die bleken te zijn verdwenen. Eenmaal in het hotel en aan de bar werden we aangenaam verrast door de barman die, nadat iemand er simpelweg naar vroeg, exact kon vertellen waar die vliegtuigen naar toe waren verhuisd. Een poging om ze, voordat we weer op zoek gingen naar een restaurant, in het donker te vinden bleek vrij nutteloos (de barman had ons al gewaarschuwd…), misschien morgen vroeg dan?
Een beetje daglicht maakt al veel verschil, en de volgende ochtend, dinsdag 8 november, hadden we geen probleem om het groepje verhuisde vliegtuigen te vinden. Echt veel tijd hebben we er echter niet aan besteed want we hadden nog een paar uur rijden voor de boeg (via een F-104) zodat we stipt om 11 uur bij de poort van Elefsis konden zijn. In onze brief van het Griekse hoofdkwartier stond duidelijk een openingstijd van 11 uur voor de dinsdag, maar daar waren ze het op Elefsis niet mee eens en hielden voet bij stuk dat het vliegveld pas om 1 uur open zou gaan voor bezoekers, met als “excuus” dat er in de tussentijd een officiële ceremonie plaatsvond waarbij geen burgers werden toegelaten. Dus we moesten twee uur wachten, die tijd hebben we slim ingevuld met boodschappen en een voorzichtig rondje vliegveld. Klokslag 1 uur stonden we weer bij de poort en deze keer hield niemand of niets ons tegen, even later stonden we op de kleine static. Na Elefsis was het slechts een kort ritje naar Tatoi voor de laatste van de open dagen. Het officiële luchtmacht museum is een goed startpunt hier, het aangrenzende platform vol met Grumman Ag-Cat tweedekkers was ook geen probleem. Een enkele PZL Dromader, T-41 en kustwacht Cessna vormden de rest van de tentoonstelling. Voor onze laatste overnachting in Griekenland verbleven we in een aangenaam hotel in Athene, maar niet voordat we nog her en der gestopt waren voor meer w&r, ondanks dat het toch echt wel donker begon te worden.
Met de keuze tussen een “toeristische” woensdagochtend (9 november) in Athene, of meer w&r, besloot de groep unaniem voor het laatste, en dus vertrokken we weer vroeg uit het hotel om nog zoveel mogelijk vliegtuigen bij elkaar te sprokkelen in de korte tijd die ons nog toe liet. De ook-civiel spotters stonden te popelen om naar de oude internationale luchthaven te gaan, wat op zich al een opmerkelijk beeld opleverde. Grieken slopen of hergebruiken niets, en het is een vreemd gezicht om een zodanig groot vliegveld geheel ongebruikt te zien. Terug in Athene in het oorlogsmuseum konden we nog even een groepsfoto maken, voordat we de laatste rit gingen maken richting de luchthaven. Slechts nog één ding te doen: op de eerste dag toen we van de luchthaven weg reden meende de tweede auto een Joegoslavische MiG-21 langs de weg te zien, en vermoedend dat dit dan de “Palis Foundation” moest zijn gingen we dit nog even onderzoeken uiteraard. Het lukte ons om het omheinde terrein te vinden, en na veel geroep kwam er uiteindelijk iemand van binnen uit naar het hek toe, maar die persoon was niet echt behulpzaam. De aanblik van een tweede man die binnen het hek met een geweer rond liep deed ons snel beseffen dat we hier maar beter niet al té standvastig moesten zijn, laat staan “gekke dingen” doen. Een nabij gelegen viaduct over de snelweg bracht soelaas en een klein beetje beter zicht op het terrein en zelfs in een hal die ook nog vol met vliegtuigen stond. De MiG-21, trouwens, bleek een Orao te zijn, maar die vergissing had iedereen kunnen maken. Eenmaal op de luchthaven hebben we onze twee blauwe VW busjes ingeleverd, en moesten we afscheid genomen van de drie man die op eigen gelegenheid weer verder huiswaarts gingen, of besloten hadden nog een paar dagen langer in Griekenland te blijven. De terugreis was, wederom, zonder een enkel probleem, uitmondend in handjes schudden en iedereen die weer zijn eigen weg ging, iets na zeven in de avond. Iedereen ging tevreden naar huis.